kwan tussenwerpsel, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: koeikwa (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), (Zuidwest-Drenthe Zuid), kooiekwa (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), (Zuidwest-Drenthe Zuid), koom-ies-kwo, kwa (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), (Zuidwest-Drenthe Zuid), kwo (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Zuid), kwao (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), (Zuidwest-Drenthe Zuid), kwao II

Bron: H. Tillema & Drentsche Volksalmanak & Drentsche Volksalmanak
  1. uitroep, aansporing, kom op

    Kwan, jong, wij moot hen de busse (Diever)

    Kwan, jonges, wij gaot op huus an, het is beddegestied (Ruinerwold)

    Kwao jong, kwao jong, reup de boer, en daor kwammen zien beeist anlopen (Eext)

    koj

    kojong

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...