langdraoderig bijvoeglijk naamwoord, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe

Ook: ...draodig

  1. met lange draad

    Je mut acht geven op de draod van het holt; je hebt dwarsdraodig en langdraodig holt (Hoogeveen)

    Zie ook:
  2. langdurig, langdradig

    Het was zundag zo'n laankdraoderige preek (Hijken)

    As hij wat vertelt, is hij zo langdraodig, hij giet Coevern rond (Noordscheschut)

    Hie met zien langdraoderig gezeur (Sleen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...