Ook: lai (Veenkoloniën), laidsel (Veenkoloniën), leie (Zuidwest-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Zuid), lei (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), (Zuidwest-Drenthe Zuid), l(a)aide (Kop van Drenthe), (Veenkoloniën), leidsel (Kop van Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), (Zuidwest-Drenthe), liendsels (Zuidwest-Drenthe Zuid), liendsel
leidsel
Ik heb het peerd de laaide andaon (Peize)
As een pèerd naor links mut, trekke wij an de linker leide (Wapse)
Hij haar het peerd goed in het leide
Bij een mak peerd kuj het leide der lös opleggen (Wapserveen)
As peerd nait trekken wol, dan kreeg e de laide om het gat (Zuidlaren)
over de hoed
Achter de leide
De lange laide kwam onder 't rad (Eelde)
(fig.) leiding, gezag
IJ mut niet aaltied bij je moe an de leide blieven lopen
De leide der lös overholden (Broekhuizen)
der lös opgooien
Iene de leide anzeggen
Het leide kört holden
Het is een ondögd, ij moet hum goed in de leide holden
Hij hef het leide goed in de haanden
Hij kan de laaide niet onder het gat verdraogen, ... kan de laaide niet velen
Het leide der over leggen (Diever)
der over holden
Het aolde meinse har het leide nog goed ien de haanden
Hij gaf het leide niet geern uut de haanden
Die möt wat met de leide hebben
Ze hef dat mannegien goed an de leide elegd
lien I