mekkern onovergankelijk, werkwoord, zwak
  1. geluid maken door een schaap of een geit

    Dat schaop wil der niet wezen, dut niks as mekkern (Pesse)

    Zie ook:
  2. kankeren, zeuren

    Wat is dat een ontevreden meense, hef altied wat te mekkern (Uffelte)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...