mul bijvoeglijk naamwoord
  1. rul, los

    Ik kwaam mit de waegen in het mulle zaand terechte (Dwingelo)

    muul

    Zie ook:
  2. vermolmd(Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))

    Dat holt is mul (Klazienaveen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...