notsem bijvoeglijk naamwoord, bijwoord, Zuidwest-Drenthe
  1. krap

    Dit jassien zit oe veul te notsem (Broekhuizen)

    Kuj het redden mit de centen? Notsem (Zuidwolde)

    Da's duur spul jong, het is er maor notsem (Hoogeveen)

    Zie ook:
  2. armoedig(Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Die löp er notsem bij (Hollandscheveld)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...