oetkeren overgankelijk, werkwoord, zwak, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe
  1. schoonvegen(Midden-Drenthe)

    De kèuken oetkeren was mien wark altied (Nieuw Schoonebeek)

    Zie ook:
  2. Hij hef hum even goed de kast oetkeerd

    oethoedeln, oetkaffern

    Zie ook:
  3. uitkeren van geld

    Ze hebt hum zien deel oetkeerd (Balloo)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...