ontvangen overgankelijk, sterk, werkwoord
  1. ontvangen

    Wij wurden daor hiel hartelijk ontvangen (Koekange)

    met open arms ontvangen (Sleen)

    Hej de undertrouwkaort al ontvangen? (Oosterhesselen)

    Mörgen möt hij de biggen ontvangen

    Wij hebt volk ontvangen (Rolde)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...