optreen sterk, werkwoord, (on)overgankelijk
  1. optreden

    Aj wat wilt, moj ainsgezind optreden (Eexterveen)

    Hij tredt eigengerechtigd op en steurt hum nargens an (Broekhuizen)

    Wat kan die vrouw optreden

    Zie ook:
  2. stappend meten

    Ik heb het op etrene, volgens mij is het gien 20 meter (Ruinerwold)

    Het stuk, daw rooid hadden, gungen wij 's aovends even optreden, ...oftreden (Sleen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...