pörrel -s, de, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe

Ook: puirel (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe)

  1. zak

    Dou mai de appels mor in disse pörrel

    Naor het laand kreeg wai een pörrel brood met (Roden)

    Wai atten altied Jan in de zak, en dat kwam oet een linnen pörrel (Peize)

    Zie ook:
  2. Hai het een slag met de pörrel had

    puil

    Zie ook:
  3. persoon

    Een vervelende pörrel van een vent (Roderwolde)

    puut

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...