plótsig bijvoeglijk naamwoord, bijwoord, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)

Ook: plótserig (Midden-Drenthe)

  1. opgezet, gezwollen

    Hie kik zo plotsig oet (Sleen)

    Hij was plossig om het gezicht (Roderwolde)

    plotserig in het gezicht (Gasselte)

    pluisterig

    Zie ook:
  2. gezond, welvarend

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...