plietsie -s, de

Ook: pelietsie

  1. politie

    Geert wordt deur de pelietsie verheurd (Eexterveen)

    Vrogger waj benauwd veur de plietsie (Sleen)

    Zie ook:
  2. politieman

    Toen ik de pelietsie de dam op zag rieden, dacht ik drekt an een ongeluk (Noordscheschut)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...