plomberen overgankelijk, werkwoord, zwak
  1. van een loodje voorzien

    Aj goedgekeurde pooteerapppels hebt ...die zakken weurden dan plombeerd (Buinen)

    Zie ook:
  2. plomberen

    De tandarts hef dei koeze ok plombeerd (Bov)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...