poddenvilder de, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Veenkoloniën, Veenkoloniën, Veenkoloniën, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe Noord, Zuidwest-Drenthe Noord

Ook: podde... (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), (Zuidwest-Drenthe), poggen... (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), poeken... (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), potte(n)... (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), (Zuidwest-Drenthe), porre... (Kop van Drenthe), (Veenkoloniën), (Zuidwest-Drenthe Noord), botten... (Veenkoloniën), (Zuidoost-Drenthe), poekenvilder, poggenvilder, porrevilder, pottenvilder, pottevilder

  1. oud, stomp mes

    Hie har wal een mes in de buus, maor met die poddevilder kuj nog gien touwgie deursnieden (Borger)

    Den bottenvilder gooi mor weg (Stieltjeskanaal)

    bottenvilder

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...