poepzat bijvoeglijk naamwoord, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)
  1. erg dronken

    Die kerel was poepzat (Schoonoord)

    Zie ook:
  2. beu(Midden-Drenthe)

    Dat kekeln van die vrouwlu bin ik poepzat

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...