smeerpoets(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Noord)
Die poesterd kuj nog niet mit een tange anpakken (Elim)
ademnood, ook persoon of dier met ademnood(Zuidoost-Drenthe)
Hie kun het peerd niet kwiet op de markt, er zat een poesterd in (Borger)
Een poesterd van een pèerd (Sleen)
poest II
persoon met verschillende negatieve eigenschappen(Zuidwest-Drenthe)
Wat een vieze poesterd, geef maor acht
Het is een minne poesterd, ik wil niks gien gedoe mit hum hebben (Ruinerwold)
Het is een vervelende poesterd (Roderwolde)
een gemiene poesterd (Fluitenberg)
Zo komp hij te passe, die eigenwieze poesterd (Havelte)
dronkenschap(Zuidwest-Drenthe Zuid)
Hij hef een beste poesterd in (Meppel)
volle wind(Kop van Drenthe, Zuidwest-Drenthe Zuid)
Hij kreg de volle poesterd in het gezicht (Roderwolde)
Wat een harde wind, een stieve poesterd (Nijeveen)
opschepper(Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))
Die kerel dat is een blaozerd, ...poesterd (Gasselte)