proemer(d) II -s, de, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe

Ook: pruimer (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), (Zuidwest-Drenthe)

  1. gezonde eter

    Oous Haarm is een gezonde proemer, hie et nog as de aandern al zat bint (Eext)

    Ie kunt hum alles veurzetten, het is een gezonde pruimer (Broekhuizen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...