raamkop hetde
  1. dwarsstuk van een raam op een wagen

    Hij dee de peerdeleide um de raamkop (Kerkenveld)

    De ziedstokken van het raem bint de raemstokken en de dielen veur en achter bint de raemkoppen (Wapserveen)

    Dwars over de wagen was de raamkop (Pesse)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...