rennen onovergankelijk, werkwoord, zwak, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: runnen (Zuidwest-Drenthe Zuid), rönnen (Zuidwest-Drenthe Zuid), runnen II

  1. rennen

    Ze mussen der tegen rennen, ...runnen om op tied te kommen (Anloo)

    Zie ook:
  2. lopen(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe)

    Het runde tegen paosen en dan hef ze de schonemaak graag achter de rogge (Hollandscheveld)

    Oenze olde startklokke is wel 250 jaor old, mar hij runt nog best (Havelte)

    Het runt verkeerd

    De kan runt op den tap

    Zie ook:
  3. stromen(Midden-Drenthe, Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Het zwiet runde hum aover de rögge (Hoogeveen)

    Zie ook:
  4. lopen, van wegen(Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Het karkepad rönde dwars

    deur de laanden (Ruinerwold)

    Die weg runt deur tot an Möppelt (Nijeveen)

    Die weg runt dood (Ruinen)

    Zie ook:
  5. rijden(Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Dat schaatsen runnen eerder was een feest

    veur iederiene (Noordscheschut)

    Zie ook:
  6. aankunnen(Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Keuj het nog wel runnen?

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...