roeping -s, de

Spellingvarianten als bij: roepen

  1. roeping

    As kiend dacht ik altied dat alle dokters uut roeping arts waren (Noordscheschut)

    Hij is zien rouping mislopen (Peize)

    Het komp van binnen oet, aj roeping hebt (Sleen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...