borstelen, krabben, rossen
Hie zat in het pannegien te roeschern
Roesker die pèerde mor is goed, zie hebt het wal neudig (Emmen)
stoeien
Stuur die kinder toch hen boeten, dan kunt ze daor wat roeskern (Oosterhesselen)
in grote hoeveelheden vallen(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
IJ schudden der an en de proemen roeschert er of (Sleen)
roezen II