rompslomp, drukte
IJ moet je niet nog mèer rompslomp anhalen, wij hebt het drok genog (Sleen)
Het is een hiele rompslomp, aj in hoes slacht (Mantinge)
ruw mens(Kop van Drenthe)
Wat een rompslomp van een mensk (Roderwolde)
slecht voer(Zuidwest-Drenthe Zuid)
Die varkens kriegt niet aanders as wat rompslomp in de bak (Pesse)