rooknust het
  1. rokerig vuur

    Wat een rooknust, daor zit jao gien vuur in (Sleen)

    As het eerpelloof wat vochtig is, kriej een rooknust (Norg)

    Den olden kachel, dat verdamde rooknust wil weer nich branden (Barger Compascuum)

    Zie ook:
  2. kamer vol rook

    Wat een rooknust is dat hier, gooi de ramen lös! (Padhuis)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...