schóffeln II onovergankelijk, werkwoord, zwak, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid
  1. (langzaam) lopen

    En wel kwam der doe nog inschoffeln? Willem! (Sleen)

    Zie is een klein , kregel wiefien ...en schoffelt hiel het darp deur

    Daor komp hij ok weer anschoffeln (Geesbrug)

    Hij schoffelt er langs (Mantinge)

    Bron: R. Reyntjes Zie ook:
  2. duwen, schuifelen, wringen(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))

    Hie schóffelt net zo lang tot e veuran zit (Sleen)

    schoefeln

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...