schimsel -s, het, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)

Ook: scheemsel (Midden-Drenthe)

  1. schaduw

    Het naovendhuus steet ien het scheemsel van tweei hoge bomen (Ruinen)

    Ie kunt mooie figuren an de wand maken mit joen eigen scheemsel (Klazienaveen)

    Hij weurd baange veur zien eigen scheemsel (Roswinkel)

    Ik zag daor net een schimsel veur het glas langs (Sleen)

    schim

    Zie ook:
  2. schemering(Zuidwest-Drenthe)

    Wij zaten in het scheemsel wat nao te proten (Dwingelo)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...