schram
Op die kastdeure zit nogal wat schribben op (Fluitenberg)
schrabbe
mager persoon of dier, scharminkel
Der is een klein schribbegie bij
Die maogere schribbe kuj de ribben tellen (Balloo)
Wat is hij toch een maegere schribbe van een kèrel (Uffelte)
dun plakje(Zuidwest-Drenthe Noord)
Hij kreeg mar een schribbegie van de kèze (Vledder)
schibbe