slanterig bijvoeglijk naamwoord, bijwoord, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Veenkoloniƫn, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: slaanterig (Midden-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Zuid)

Bron: Drentsche Volksalmanak
  1. lusteloos

    Ik vuul mij zo slanterig, ik heb niks gien zin um an het wark te gaon (Zweelo)

    Wat is hij weer slanterig vandaog (Gieten)

    slenterig

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...