slomp -en, de
  1. grote hoeveelheid

    Het bint grote glazen en der giet een hiele slomp in (Sleen)

    slok I

    Zie ook:
  2. toeval, gelukstreffer(Veenkoloniƫn, Zuidoost-Drenthe)

    Dai ken in een slomp ain haoze vangen (Valthermond)

    Met een slomp schieten

    Slomp schut een haze (Barger Compascuum)

    slomperd

    Bron: J. Pan, Drenthsche woorden en spreekwijzen. Assen 1848 Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...