Ook: smoesderig, smoezerig, smoezig (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe), smoestig (Midden-Drenthe), smoezig II
onfris, smerig
Hij kik er smoezerig uut (Dwingelo)
Ze mut een schone theedoek, want hij wordt wat smoezelig, ...smoesterig (Elim)
Bij heur is het eetgerak altied smoesterig (Pesse)
Dat bint smoesterige kleuren
Nao een feest kuj wel ies wat smoesterig oetkieken (Norg)
smoezelig
niet helder van de lucht(Kop van Drenthe, Midden-Drenthe)
Het weer is smoezig, de locht schoert (Vries)
Het is smoesterig om de bos (Zeyen)
Het is wat dampig, ...smoestig
winderig, stormachtig(Kop van Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
Het is smoezig weer boeten (Eelde)