snoeve de, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Veenkoloniën, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: snoeverd (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Zuid)

  1. koude tocht

    Doe die deur toch dicht, der komp zo'n snoeve in (Sleen)

    Wat komp daor een kolde snoeverd um de hoek toe (Geesbrug)

    Zie ook:
  2. opsnuifsel, neus vol(Veenkoloniën)

    Wat stinkt het daor, je hebben an ein snoeve genogt (Emmer Erfscheidenveen)

    Zie ook:
  3. verkoudheid(Midden-Drenthe, Veenkoloniën, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Ik bin goud an de snoeve

    Der giet weer zo'n snoeve rond (Mantinge)

    snoeverij

    Zie ook:
  4. karwei(Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Het was een

    hiele snoeve tegen die kolde wiend op (Havelte)

    snoever(d), snoef

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...