dopen
Die stukkies brood stipten ij in de pan (Sleen)
Even een stokkie
stoe
te in de koffie stippen (Dwingelo)
Hij stipte de pen in
de inkt (Sleen)
Wai mugden eerder gien emmer met waoter in de krub staon laoten, want dan stipten peer het heui der (Eexterveen)
vogels vangen met de lijmstok(Kop van Drenthe)
Hij gung seisies stippen met liemgaarden (Eelde)