stipt bijvoeglijk naamwoord, bijwoord, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidwest-Drenthe Noord, Zuidwest-Drenthe Noord

Ook: stiptelijk (Midden-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Noord), stiptelk

Bron: J.H. Bergmans-Beins & J.H. Bergmans-Beins

  1. stipt

    Hij is altied stipt op tied (Zwinderen)

    Het is een stipt persoon (Klazienaveen)

    Zie ook:

  2. precies, nauwgezet in het vervullen van zijn godsdienstige plichten(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))

    Dende is goed stiptelijk, ...stipt gerefermeerd (Sleen)

    O, hie was toch zo stiptelk

    Bron: J.H. Bergmans-Beins Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...