Ook: tabakspuil
Bron: H. Tiesing & H. Molema, Proeve van een woordenboek van de Drentsche volkstaal in de 19e eeuw. MS UB Groningentabakszak
Wieder was ik nog niet, doe de boer al met tebakspuil bij mij stun
Een lege tabakskladde wur tussen het goed instopt um de motten
oet de kleer te holden (Westdorp)