targer(d) -s, de, Zuidwest-Drenthe Noord, Zuidwest-Drenthe Noord, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: targkop (Zuidwest-Drenthe Noord)

  1. var als bij

    targen

    Wat bi'j een taargerd; kuj wel tegen die kleinties? (Eext)

    Hai mag graog een aander taargen, het is een echte taargerd (Zuidlaren)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...