terugslaon sterk, werkwoord, (on)overgankelijk
  1. terugslaan

    As ze mij slaot, dan slao ik terogge (Hollandscheveld)

    Zie ook:
  2. terugslag geven(Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidwest-Drenthe Zuid)

    De zeikte is terugslaogen

    Haalfvolle bussen, die kunden op de waogen zo lekker gubbeln, maor veur het peerd was het zwaor trek (Westdorp)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...