Ook: ...mu (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), teutjeboks
praatziek vrouwspersoon
Ie hebt loopwieven, koopwieven en teutwieven (Barger Oosterveld)
Wat een aolde teutmu (Sleen)
Die teutzakken zaten weer bij mekaar te kwakken (Padhuis)
Wat een teutjeboks
teutebel, teuterd