tiemen overgankelijk, werkwoord, zwak, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Noord, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: taimen (Kop van Drenthe), temen (Midden-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Noord), (Zuidwest-Drenthe Zuid), teimen (Kop van Drenthe)

  1. een zweel hooi met behulp van een ponderboom bij elkaar slepen(Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidwest-Drenthe)

    Tiemen mit de wezeboom en het peerd der veur (Zuidwolde)

    Wij maakt een dik zwil, wij gaot temen (Broekhuizen)

    teem II

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...