tommeln I onovergankelijk, werkwoord, zwak, Veenkoloniƫn, Zuidoost-Drenthe Bron: Drentsche Volksalmanak
  1. tuimelen, buitelen

    Hij kwam van de zaodbult tommeln (Sleen)

    Hij tommelt ondersteboven (Barger Compascuum)

    Hij is van het voor heui tommeld (Zweelo)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...