treuzelaar de, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: treuzelder (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), dreuzelkont (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), treuzelgat, treuzelpuut

  1. treuzelaar

    Het was een treuzelaor bie het eten (Gieterveen)

    Wat een treuzelkont, die schöt niks op (Sleen)

    Die komp nooit op tied weg, dat is zo'n treuzelkonte (Hoogeveen)

    Iene, die niet opschöt is een treuzelgat (Broekhuizen)

    treuzelzak (Havelte)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...