umhaal umhalen, de
  1. omhaal

    Hij vertelde dat mit een omhaal van woorden (Barger Oosterveld)

    Zie ook:
  2. snee van een groot brood(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Hij sneed er een hele ummehaal veur langes (Pesse)

    'Ommehaal

    ommeschieve

    ummeschieve

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...