verknöttern overgankelijk, werkwoord, zwak, Zuidoost-Drenthe

Ook: verknuttern

  1. verfrommelen

    Hie hef zien goed aordig verknötterd, net of een hond het in de kont had hef (Sleen)

    Pas toch op jong, die kraant neit hilmaol verknuttern (Vries)

    Wat hej

    weer 'n pepier verknutterd (Eexterveen)

    verkneukeln

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...