verrippereren overgankelijk, werkwoord, zwak, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid
  1. overleg plegen

    Dat moe'k eerst met de vrouw verrippereren (Beilen)

    Ik heb nog wat mit hum te verrippereren

    Zie ook:
  2. repareren, opknappen(Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Noord)

    Bi'j met de boel an het verrippereren?

    Nou moew dat almaol weer verrippereren

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...