verrutern overgankelijk, werkwoord, zwak, Veenkoloniƫn, Zuidoost-Drenthe
  1. in het ongerede brengen

    Hij hef het hiele berre verruterd (Klazienaveen)

    Die jong hef de heuibulte verruterd (Erica)

    verroppen

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...