verschrikken overgankelijk, sterk, werkwoord, zwak, Midden-Drenthe, Veenkoloniƫn, Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)
  1. schrikken

    Ik heb mie toch verschrokken, ik dacht dat ik wegbleef (Barger Compascuum)

    Hij muuk mij verschrikt, ...beschrikt, toen e oet de boom vuul

    Wat kiek ie verschrikt uut

    verschrikt

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...