web -ben, het, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe

Ook: webbe (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), (Zuidwest-Drenthe)

  1. web

    Het gaoren op de gaorenboom wur gebruukt um een web op het weefsel te maoken (Gieten)

    spinkop

    Zie ook:
  2. fijn linnen

    Wilm weeft fien linnen, dat paartie boerinnen ok een webbe nuumt

    Bron: H. Tiesing Zie ook:
  3. spinnetje in een split van een hemd tegen uitscheuren(Zuidwest-Drenthe Noord)

    Een webbegie in een hemd (Dwingelo)

    vlooienrikkien

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...