weerskanten meervoud, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)

Ook: wèers... (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), ..zieden (Kop van Drenthe), (Zuidoost-Drenthe), weerszieden

  1. beide zijden

    De aolde lu van weerskanten bint gelukkig nog flink (Schoonebeek)

    Aj der non an wèerskaanten wat of doet, past het net (Hijken)

    Ien gaank ien de midden en an weerskaanten een kaemer (Wapserveen)

    *De deugd in het midden, de duvel op weerskaanten (Zuidwolde)

    weersenden

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...