winkelen
Wacht hier maor; intied gao wie even winkeln (Barger Oosterveld)
Ik moe nog hen winkeln, ...bosschoppen doen (Oosterhesselen)
een winkel houden(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
Hie wol het zaakien opgeven, mar hie winkelt nog deur (Stieltjeskanaal)