wulig bijvoeglijk naamwoord, bijwoord, Midden-Drenthe, Veenkoloniën, Veenkoloniën

Ook: wulerig (Veenkoloniën)

  1. woelig, onrustig

    Het kind was wuilig in berre (Valthermond)

    Die mot is zo wulerig, hie is an het nusseln (Stieltjeskanaal)

    Wat bin ie wulerig, gao toch slaopen! (Kerkenveld)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...