zölfkant de

Ook: zölfegge, ...egge

Bron: Drentsche Volksalmanak & Drentsche Volksalmanak & H. Molema, Proeve van een woordenboek van de Drentsche volkstaal in de 19e eeuw. MS UB Groningen & H. Molema, Proeve van een woordenboek van de Drentsche volkstaal in de 19e eeuw. MS UB Groningen
  1. zelfkant van stof etc.

    Knip de zölfkaande der mor of (Emmer Erfscheidenveen)

    De zölfkaant of de negge van de stof (Stieltjeskanaal)

    An de zölfkaant huuft gien zeum (Grolloo)

    De zölfkant van het behang

    Most de zulfkaande der tegen aanleggen (Valthermond)

    Zie ook:
  2. Hij steet te veule an de zölfkaante van het levend

    neggekaant

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...