ziekelijk bijvoeglijk naamwoord, bijwoord

Spellingvarianten als bij: ziek

  1. ziekelijk

    Dat kind hef aaid al zeeikelijk west (Balloo)

    ...zekelijk west, der zit gien goeie bodem in (Rolde)

    Hie kik ziekelijk oet (Sleen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...